Tekst op de plaquette:
Jhr.Ir.Hugo.Loudon.
voorzitter.van.de.vereeniging
Het.Residentie.Orkest
1918-1939
Het is een plaquette met een roerige geschiedenis.
De Tijd van 20 september 1940:" Woensdag [18 sept] is te Den Haag in het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen in intiemen kring onthuld een bronzen plaquette, voorstellende de beeltenis van jhr. H. Loudon, vervaardigd door de beeldhouwster mej. Rueb.
Jhr. Loudon is meer dan 30 jaren voorzitter geweest van het Residentieorkest; thans is hij eerevoorzitter.
Het bestuur van het Residentie-orkest deed door zijn voorzitter, mr. Gerbert Scholten, de plaquette aanbieden. Namens het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen voerde mr. P. van Sonsbeeck het woord, waarna jhr. Loudon dankte. Een achttal leden van het orkest voerde onder leiding van dirigent Frits Schuurman een werk van Bach uit. Na afloop werd thee aangeboden."
In WOII is de plaquette op last van Seyss-Inquart in beslag genomen om omgesmolten te worden ten behoeve van de oorlogsindustrie.
Uit de Nieuwe Haagsche Courant van 14 april 1955: "Het belandde bij de carillons die uit de Nederlandse torens werden geroofd, waarbij zich kostbare Hemony klokken bevonden, welke als "oud vuil" werden opgestapeld in een loods van de Koninklijke Rotterdamse Lloyd in Rotterdam.
Daar werd het gevonden door de heer N.J.Slemmer, die de waarde ervan begreep. Elke dag gaf hij de beeltenis een duwtje, waardoor het brons steeds dichter bij de deur kwam. Tenslotte kon hij het mee naar huis nemen en nog later begroef hij het.
Toen de oorlog voorbij was, werd het bestuur van K. en W. medegedeeld, dat de beeltenis van jhr. Loudon bewaard was gebleven. En hierop kon het weer op zijn oude plaats worden gezet. De beeldhouwster Grada Rueb heeft de heer Slemmer toen als dank een klein bronzen beeldje ten geschenken gegeven."
De heer Slemmer was bedrijfsleider van de werkplaatsen en het reparatiebedrijf van de Kon. Rotterdamsche Lloyd.
Tot zover lijkt het een eind-goed-al-goed verhaal te zijn.
Maar in 1964 sloeg het noodlot weer toe, want het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen brandde tot op de grond toe af. Volgens de kranten en het Haags Gemeentearchief, Den Haag is het gebouw met de gehele inboedel verloren gegaan.
Maar de plaquette heeft ook deze aanslag overleefd. Hoe zij de brand heeft overleefd, staat nergens vermeld, maar ik heb haar weer teruggevonden.
De plaquette is gebroken geweest tussen de tekst en het portret, maar netjes gerepareerd. Maar wanneer is dat gebeurd?
- Als er iets mis is gegaan bij de vervaarding, kan de plaquette gerepareerd zijn en de gebruikelijke patina hebben gekregen. De huidige dofzwarte kleur kan bij de brand zijn ontstaan. Waar de plaquette gemaakt is ,staat niet vermeld op de plaquette.
- Een andere mogelijkheid is dat de plaquette bij de opslag of bij het be-of opgraven in de tuin van de heer Slemmer gebroken is, daarna gerepareerd en van een nieuwe patina is voorzien. Ook dan kan door de brand de dofzwarte kleur zijn ontstaan.
- Of de plaquette is bij de brand gebroken is. Na reparatie zal echter wel een nieuwe patina zijn aangebracht. En dat is niet het geval en het is daarom niet waarschijnlijk dat door de brand of het instorten van het gebouw de plaquette gebroken is.
Jhr. ir. Hugo Loudon (Den Haag 1860 - Den Haag 1941) was civiel ingenieur die zijn kennis op veel vlakken heeft ingezet.
Hij begon bij de Hollandse Landbouwmij in Hongarije, daarna trad hij in dienst bij de Ned. Zuid-Afrikaansche Spoorweg Mij. Hij was actief betrokken bij de aanleg van de beroemde Delagoa Baai spoorverbinding die de Zuid Afrikaanse Republiek een uitweg naar de zee bood en de spoorweg van de Oranje Vrijstaat naar Pretoria.
Daarna volgde een carrière bij de Kon. Petr. Mij in Ned. Indië en werd hij President commissaris van de Koninklijke Petroleum Maatschappij (voorloper van de de Royal Dutch Shell).
Hij was actief in het bestuur van het Rode Kruis en de Ned. Ver. voor de luchtvaart.
Daarnaast was hij voorzitter van het bestuur van het Residentie Orkest, Den Haag. Toen hij die functie neerlegde werd hij tot erevoorzitter benoemd.
Hij was ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en commandeur van de Oranje-Nassau-Orde en kreeg ook andere Nederlandse en buitenlandse onderscheidingen.
Een opmerkelijke was de gouden medaille voor verdienste jegens 's Rijks Museum toegekend omdat zijn oom een collectie Delfts aardewerk aan het Rijksmuseum, Amsterdam geschonken heeft. (Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis) |