penningen

plaquettes

standbeelden

borstbeelden

tekeningen

dierplastieken

decoraties

keramiek

monumenten

publicaties

fotoalbum

overig
penningen:

Van der Does de Willebois

L. & A. Romswinckel

J. van Stolberg

Kon. Emma 1928

J.L. de Raadt

Van Limburg Stirum

A.J.E.A. Bik

Hypotheekbank

Nederlandsche Rijschool

J.G. Rueb

G.F. Enger sr.

J. Wagenaar

onderwijs

huw. pr. Juliana & pr. Bernhard

  - id. moderne variant

S.J.R. de Monchy

prinses Marijke

700 jr. Den Haag

J. Greshoff

Roode Kruis

C. Sijthoff

Residentie Orkest

H.A. Gips-van Es

Chr. Rueb

P.H. Verspyck

R.A.J. van Delden

 

manco

Onderwerp draagmedaille 1940-1945 van Het Nederlandsche Roode Kruis
Jaar 1950
Gesigneerd niet
Materiaal Rood geëmailleerd wit metaal aan een rood lint van 38 mm breed met twee 5 millimeter brede witte banen. Ben Wagenaar (in Decorare 15-2006) spreekt van verzilverd brons.
Afmetingen diameter A: 40,6 en B: 16,8 mm C: 40,6 mm met gesp (16 mm breed) toegevoegd.
Aanwezigheid Geldmuseum, Utrecht: a en b
particuliere verzameling: c
Bijzonderheden

Het is een eenzijdig medaille waarvan een opwaarts gipsmodel aanwezig is in het Geldmuseum, Utrecht.

 

In de jaarverslagen van de algemene vergadering van het Nederlandse Rode Kruis wordt de medaille "Herinneringskruis 1940-1945" genoemd. In 1946 ontstond er in Rode Kruiskringen een behoefte aan een onderscheiding voor uitzonderlijke handelingen die meestal in gevechten met de Duitse troepen hadden plaats gevonden. Later wordt dat in meer algemene termen uitgedrukt. Pas in 1950 wordt door de Ministers van Marine en van Oorlog goedkeurig gehecht aan de instelling van het Herinneringskruis 1940-1945. Reeds in de voorbereidingstijd is een begin gemaakt met de aanmaak, waardoor in de loop 1950 de Kruizen konden worden uitgereikt.

De A-uitvoering werd verpakt in een pergamijn zakje van 12 x 7,5 cm en de C-uitvoering in een bruin papieren zakje van 10,7 x 6,6 cm. Beide met de opdruk "s Rijks Munt Utrecht". Het miniatuur is nooit uitgedeeld maar kon/moest door de ontvanger zelf worden gekocht. Het miniatuur van de C-uitvoering wordt wel door Wagenaar genoemd, maar heb ik nog niet teruggevonden. De foto van de gesp is beschikbaar gesteld door Van Wielik b.v., Den Haag; de afmeting is echter nog onbekend.

Bij het Kruis A-uitvoering hoort een oorkonde op naam en bij het Kruis C-uitvoering was een begeleidende brief.

In het Muntverslag over 1950 wordt de medaille vermeld (p9) met daarbij de opmerking dat er ook "verkleining" is gemaakt en is de medaille afgebeeld. Op de medaille is geen verwijzing naar de Munt (geen mercuriusstaf met de twee slangen). In het verslag staat dat de medaille gemaakt is van wit metaal, dat verder niet gespecificeerd wordt. Dit in tegenstelling tot de kleine uitvoering, die wel een zilver keurmerkje (zwaardje) op de achterzijde heeft en het stempeltje van de Munt. Andere verschillen tussen de grote en kleine uitvoering zijn dat in de kleine uitvoering geen gaten tussen de krans en het kruis zitten en dat de belettering in het centrum anders is.

Het Jaarboek van het Koninklijk Nederlandsch Genootschap voor munt- en penningkunde 1950 deel 1 (p47) vermeldt o.a. dat "Het is ingesteld in 1950 en wordt toegekend aan allen die tusschen 9 Mei 1940 en 3 September 1945 daadwerkelijk dienst hebben verricht in enige functie van Het Roode Kruis hier te lande, in Indonesië of in de Overzeesche Rijksdelen en die aan bepaalde, door het Hoofdbestuur te stellen voorwaarden voldoen; alsmede aan hen, die, hoewel niet in dienstverband, gedurende dezen tijd in typischen Roode Kruis-geest hebben gehandeld.
Voor de eerste maal uitgereikt op 30 April 1950, den verjaardag van H.M. Koningin Juliana, Beschermvrouwe van Het Ned. Roode Kruis.

In "Orders and decorations of the Netherlands" door H.G.Meijer, C.P. Mulder en B.W. Wagenaar (1984) wordt op pagina 126 de medaille en de versie met de gesp besproken. Er worden oplage-aantallen genoemd van 11900 voor de A-uitvoering, de B-uitvoering wordt niet genoemd en voor de C-uitvoering een oplage van ongeveer 1220. Ben Wagenaar vermeldt in Decorare (15-2006) ook een oplage van 11900 voor de A-uitvoering, maar een oplage van 2000 voor de C-uitvoering. In zijn artikel over de medaille heeft hij een brief afgedrukt waarin aan iemand alleen de gesp wordt aangeboden "ter bevestiging op het lint van het reeds uit anderen hoofde toegekende Herinneringskruis […] "
Een vreemde situatie waarin de ontvangster zelf mag bepalen welk Kruis zij heeft ontvangen door de gesp al dan niet te bevestigen. De verwarring rond de oplage van de C-uitvoering kan liggen in het al dan niet compleet met gesp uitleveren van het Kruis.

Nummer 124 in het archief van het Rode Kruis heet: betreffende de instelling en het ontwerp van het herinneringskruis 1940-1945 en herinneringsplaquette van het Nederlandse Rode Kruis 1946-1950. Ontwerptekeningen ontbreken en de plaquette is niet ingesteld. (archiefstuk nog niet teruggevonden)

 

 

naar boven