Tentoonstellingen worden meestal gehouden tot meerdere glorie van een kunstenaar. Tante heeft veel aan tentoonstellingen meegedaan. Dat kon een solotentoonstelling zijn, maar meestal betrof het een tentoonstelling waar ook andere kunstenaars aan meewerkten, 2 of 3 maar soms ook samen met vele honderden. Op de tentoonstellingen konden werken worden verkocht maar soms was er geen gelegenheid tot koop en betrof het een proeve van bekwaamheid. Daarnaast is er de "prijsvraag" met bijbehorende tentoonstelling. Dat is een opdracht aan een beperkte groep kunstenaars om iets te maken , met als hoofdprijs dat het werk ook daadwerkelijk werd uitgevoerd bv de prijsvraag voor het Juliana van Stolberg Monument. Maar in 1930 is er een tentoonstelling geweest waar niet zozeer de kunstenaar maar het materiaal centraal stond. Het Koloniaal Instituut had stukken hout over en besloot in overleg met de Nederlanschen Kring van Beeldhouwers een aantal kunstenaars uit te nodigen iets met die stukken te doen om uit te vinden hoe het materiaal zich liet bewerken. Dat resulteerde in tentoonstelling en een rapport over het materiaal. In het blad uitgegeven door het Instituut is daar verslag van gedaan.
De relevante stukken met een overzichtsfoto van de werken is samengevat in: |