penningen

plaquettes

standbeelden

borstbeelden

tekeningen

dierplastieken

decoraties

keramiek

monumenten

publicaties

fotoalbum

overig
penningen:

Van der Does de Willebois

L. & A. Romswinckel

J. van Stolberg

Kon. Emma 1928

J.L. de Raadt

Van Limburg Stirum

A.J.E.A. Bik

Hypotheekbank

Nederlandsche Rijschool

J.G. Rueb

G.F. Enger sr.

J. Wagenaar

onderwijs

huw. pr. Juliana & pr. Bernhard

  - id. moderne variant

S.J.R. de Monchy

prinses Marijke

700 jr. Den Haag

J. Greshoff

Roode Kruis

C. Sijthoff

Residentie Orkest

H.A. Gips-van Es

Chr. Rueb

P.H. Verspyck

R.A.J. van Delden

 

manco

 
foto's: Karel de Geus
   
Onderwerp A.A.A.M. van der Does de Willebois
Jaar 1920
Gesigneerd R. rechts boven de schouder
Materiaal gegoten in a: brons en b: tin
Afmetingen diameter a: 71 mm en b: 72,5 mm
Aanwezigheid

a: Noordbrabants Museum
a: Aangeboden door Laurens Schulman, Bussem
in de ongedateerde prijslijst 13 nr. 3496

a en b: Veiling 41 Karel de Geus 12 april 2016

Bijzonderheden

Jonkheer Aloysius Andreas Adrianus Maria van der Does de Willebois ('s-Hertogenbosch 1848 - aldaar 7 januari 1936) was notaris, lid van de gemeenteraad van ’s-Hertogenbosch, lid van de Ridderschap van Noord-Brabant (van gewoon lid via bestuurslid/secretaris-thesaurier tot voorzitter) en lid van de Illustre Lieve Vrouwe Broederschap (Candidantus in1900, Candidatus in 1927 en tenslotte Broeder in 1928)

 

De penning is aangeboden aan Van der Does de Willebois bij zijn aftreden als "secretaris-penningmeester van den polder van der Eigen en van het gemeenschappelijk stoomgemaal van den Polder van der Eigen en den polder van Empel en Meerwijk."
De data 1872-1920 en 1880-1920 zijn mij vooralsnog niet duidelijk.

 

Toeschrijving aan tante doe ik op grond van de vermelding in het artikel van P.A.M Eliëns. Noordbrabanders op de penning in Brabants Heem (1986). De beschrijving van penning nr.18 past bij deze penning en Eliëns schrijft de penning toe aan Gr. Rueb.

 

 

 

Het monogram R. is echter afwijkend van de andere bekende monogrammen van tante. Het is echter de eerste keer dat zij een monogram gebruikt. Zij tekende haar werk tot dusver voluit met haar achternaam. Misschien heeft zij om plaats te sparen alleen de eerste letter van haar achternaam gebruikt. En het laatste argument is dat in de databank van het Geldmuseum, Utrecht geen medailleur bekend is die rond 1920 dit monogram gebruikte.

 

De foto’s en de gegevens van het materiaal en de afmetingen komen uit de veiling catalogus 41 van Karel de Geus.

 

 

naar boven